Deze website maakt alleen gebruik van cookies om uw online gedrag op deze website te kunnen analyseren. Met deze gegevens zullen wij de website kunnen verbeteren ten doeleinde om u beter van dienst te zijn. Bij het achterlaten van een reactie, wordt naast uw ingegeven naam ook het ip-adres vastgelegd. Dit in verband om misbruik van deze functie te voorkomen. Wilt u meer informatie, kunt u een mail sturen naar info@lequin.nl. Let op: Wij geven uw informatie niet aan derden.

  • Afdrukken

Het Durrës te lang? (Nee hoor)

Ik ben maar even direct met twee dienstmededelingen. De eerste: Inderdaad was er gisteren geen blog. Even een dagje rust. De tweede: Een rectificatie ten opzichte van het vorige blog. Na publicatie werd ik gewezen op het feit dat de nieuwe bestemming niet ‘Durris’ is, maar ‘Durrës’. Zo dan is dat direct opgelost. Nog even verder op de eerste mededeling. Gisteren was een rustige dag waarbij wij van de rust en reinheid in de bergen, ‘alle lof voor Almhof’ gevoel, vertrokken naar de kust met bier en vertier. Overigens verlieten we de bergen niet met het serene gevoel en dat had alles te maken met één klein heuveltje.

Ingeladen sta ik daar dan met mijn middenklasse huurauto en kijk tegen een rotspad op met ongeveer een stijgingspercentage van twintig procent. Stijgingspercentage is daarbij niet het ergste probleem. Meer de ondergrond qua rotsen en gaten, maakt het een echte uitdaging. Het is gehaald, het is gehaald. Daar laten wij het bij.

De weg terug via de bergpas was beter te doen dan gisteren. Is het omdat het nu bekende weg was of omdat de verhouding stijgen dalen nu beter was, ik weet het niet zeker. Een combinatie dan maar. De rit naar Durrës gaat voor de rest vlot. Weinig tot geen oponthoud en de medeweggebruikers waren ook in een goede mood.

Als Durrës binnengereden wordt, valt direct het toeristische karakter op. Hier zien we namelijk wel neon reclames en meerdere horeca gelegenheden voorzien menukaarten veelal met foto’s. Het lijkt wel of we aan de Spaanse costa zijn aangekomen. Simpel vinden wij deze keer ons hotel, Sunrise Cameria. Op een kleine inham parkeer ik soepel de auto om de koffers uit te laden. Blijven staan was hier geen optie, dus ging ik moederziel alleen op zoek naar een parkeerplek. Ongeveer 500 meter verderop vond ik een plek, gratis, en pak de laatste spullen. Gelukkig ben ik snel herenigd met het gehele gezelschap.

In de lobby tref ik een uber vrolijke eigenaar aan, die ons nu eens in goed Engels, met een paar gekunstelde en ingestudeerde Nederlandse woordjes, ons te woord stond. Goed gevoel, zo wil je namelijk ontvangen worden. De kamer is klein maar voorzien van alle gemakken. De jongens in een stapelbed en wij daarnaast. Wel erg knus zo. Na korte relax pauze wandelen we de boulevard op om even naar het strand en de zee te gaan. De zee kunnen wij vanuit onze kamer zien. Ik merk nogmaals op dat het erg heet is.

In de branding wandelen we wat en het valt mij daarbij direct op dat er bar weinig Westerse toeristen zijn. Wat weer vreemd is gezien de plek en opzet van veel hotels en horeca. Wat ook opvalt zijn de vele eet karretjes die in de branding staan. We hebben ze al vaker gezien, maar hier staan er best veel. Voornamelijk met gegrilde maiskolven en popcorn.

Voor de rest van de avond is het geijkte aan de beurt wat je hier kan doen. Eten, drinken en even over de boulevard. We kopen voor morgen nog twee badlakens. Voorzien van de Albanese vlag. Lekker inmengen in de menigte hier.

Vandaag kiezen wij voor een dagje strand. Wat natuurlijk weinig voer voor een interessant verhaal geeft. Luieren op de gehuurde bedjes en een beetje in zee met een balletje overgooien, is nu niet iets om veel over te schrijven. Hoewel, de bedjes waren voor 4 stuks en twee parasols, maar 2000 Lek (17 euro). Als ik dit bij zijn Italiaanse broer aan de Adriatische kust had moeten huren was ik minimaal 17 euro per bedje kwijt geweest. De verhuurder bracht de prijs bijna bedeesd alsof hij het een hoge prijs vond. Waarschijnlijk is het voor hem dat ook. Jesper kwam namelijk met het feit dat het gemiddelde maandloon op 500 euro ligt.

Daarnaast maakt Jesper van een simpel balletje overgooien altijd een wedstrijd. Het is bijna traditie. Maar waar ik jaren mijn best moest doen om niet te makkelijk te winnen van hem, moest ik nu aan de bak. Ik win nog wel. Nu nog wel.

Durrës is een typische badplaats. Waar het lijkt of vooral de Albanees zijn vakantie viert. Het lig ook niet te ver van Tirana, dus het is niet zo gek. Echter heeft het nog een uiterlijk wat past bij een gemiddeld Spaanse Costa van ongeveer 45 jaar geleden. Vele gebouwen zijn net niet in de beste staat en veel is nog een beetje aftands. Daarnaast blijft het opvallend dat veel werknemers in de horeca hier nog slecht Engels spreken. De jongste medewerkers, met jong bedoel ik soms erg jong namelijk schattingen van 12 jaar werden er gemaakt, kunnen wel in basis Engels hun verhaal doen. Ergste is wel dat vooral ik in het niveau lijk mee te doen. Wat wel erg mooi is, en wij zijn al langer fan, is de zee en het strand. De Adriatische kust is aan deze kant niet anders dan al in Italië. Zeker als de Albanees ook eens begrijpt dat ze het mooi moeten houden en dus hun troep opruimen na een dagje strand.

Moet je hier heen op reis in Albanië. Voor nu zeg ik nee. We gaan later nogmaals naar de kust en dan geen ik mijn definitieve antwoord. Dan nog even een referentie naar de titel, duurde de twee nachten dan te lang in Durrës. Nee, voor ons nu even niet, het paste precies in het schema, maar zijn toe weer aan iets nieuws.

Morgen blijven we in de buurt. Het schema laat het toe om een extra dagje niet te ver hiervandaan te vertoeven in een plaatsje in de buurt. De bestemming is Krulj. Ik hoop dat ik het nu wel correct heb geschreven.

 

Tani kthehemi në brendësi nga bregu. Ne kthehemi.  

 

Plaats reactie

Beveiligingscode
Vernieuwen

Volg mij op social media: